Symfonie 1 in D gr                        Charles Gounod (1818-1893)


Gounod dankt zijn huidige roem aan de opera Faust en aan het overbekend Ave Maria. Hij liet echter veel meer na. Fanny Mendelssohn (die Gounod kort in Rome ontmoette) beschreef Gounod als een figuur met heftige stemmingswisselingen, variërend van prikkelbaar, uitbundig en charmant tot beschouwend, afstandelijk en spiritueel. In Leipzig ontmoette hij Felix Mendelssohn (Fanny’s broer), die een compositie van Bach voor hem speelde op het orgel van de Thomaskerk. Mendelssohn adviseerde Gounod om zich aan een symfonie te wijden. Volgens Mendelssohn kon Gounod dat beter doen dan zijn tijd te verspillen aan het verhaal van Faust. Gelukkig voor de muziekgeschiedenis volgde Gounod het eerste advies op en negeerde hij het tweede. Het is niet duidelijk in hoeverre Gounod toen al iets van zijn Eerste symfonie had gecomponeerd. De discussie met Mendelssohn doet vermoeden dat Gounod al iets op papier had staan. Hoe dan ook, Gounods zonnige Eerste symfonie is een mooie aanvulling op de vergelijkbare bijdragen van Mendelssohn en Schubert.

 

CharlesGounod